De Bourgogne is een van de meest complexe wijngebieden ter wereld. De wijnen zijn van oudsher wereldberoemd en met name de Premier en Grand Cru-wijnen zijn van absolute wereldklasse.

Dat succes is in grote mate te danken aan de Benedictijner en Cisterciënzer kloosterordes die vanaf de 10e eeuw bezit namen van een groot deel van het Bourgondische grondgebied en dat in cultuur brachten. De monniken probeerden de kwaliteit van de verschillende delen op systematische wijze in kaart te brengen en ontwikkelden zo de climats; percelen die vanwege hun speciale terroir herkenbare en typische wijnen opleveren. Enkele duizenden climats zijn er te onderscheiden in het relatief kleine wijngebied van de Bourgogne. In veel gevallen beslaan ze niet meer dan een halve hectare en zijn ze ook nog eens verdeeld over meerdere eigenaren. De beste climats zijn geklasseerd als Premier of Grand Cru. Tegelijkertijd dient hier ook wel vermeld te worden dat alleen dit typische karakter van deze verscheidenheid van deze “terroirs” pas duidelijk worden bij wijnen afkomstig van de kwalitatief streng werkende wijnboeren. Deze wijnboeren zijn maar goed voor ongeveer 35%  van de totale productie. Dit maakt een echt goede bourgogne dan ook tot een schaars goed. 

Waar Frankrijk het begrip terroir al hoog in het vaandel heeft, geldt dat dus in de overtreffende trap voor de Bourgogne. Van de omgevingsfactoren die gezamenlijk de kwaliteit van de druiven bepalen, (bodem, klimaat en druivenras), verdient vooral de bodem aandacht, want nergens ter wereld is die van structuur en samenstelling zo fragmentarisch als in de Bourgogne. Erosie heeft in de loop van de tijd gezorgd voor een lappen deken van lokaal verschillende grondcombinaties. Daarnaast is de Pinot Noir ook een soort van spookdruif. Deze druif is zeer adaptief voor de grond waarop hij staat en levert daarom een grote diversiteit aan wijnstijlen op.  Een cru (betekent “gewas”) wordt toegekend aan wijnen uit een bepaalde wijngaard. Anders dan de Bordeaux, waar die status wordt toegekend aan een bepaald château waar de grond dan ook volledig aan dit château toebehoort. 

Pinot noir doet het goed in de koele Bourgogne maar is ook een gevoelige druif. En in moeilijke jaren kan een mindere kwaliteit niet gecompenseerd worden door assemblage met andere druivenrassen. Vakmanschap in wijngaard en kelder is dus nóg meer dan elders van cruciaal belang. De klimaatopwarming wordt hier voorlopig dan ook niet als een probleem gezien.

De Bourgogne bestaat uit diverse sub-appellations: